
Colette Goossens, Stan Martens & Laurens Aneca – Under the Influence
Double take: Natalie Gielen & Floris Baeke
Natalie Gielen, Floris Baeke
© Kurt Van der Elst
In ‘The Golden Stool or The Story of Nana Yaa Asantewaa’ brengt theatermaker Gorges Ocloo het verhaal van de Ghanese verzetsstrijder Nana Yaa Asantewaa, die in 1900, samen met haar vrouwenleger, de eer van de Ashanti probeerde te verdedigen tegen de Britse kolonisator. Hij eiste de Ashanti’s meest gekoesterde schat: de gouden troon waarop de ziel van hun koning rust. Met een all-female esemble toont Ocloo de vergeten strijd van Nana Yaa Asantewaa, haar nalatenschap en de mogelijkheden van samenspel, verzet en plichtsbewustzijn.
Een grote kracht van The Golden Stool or The Story of Nana Yaa Asantewaa is het diepgaand begrip van de oorlog om de Ashati’s troon. Zoals Asantewaa (vertolkt door sopraan Nobulumko Mngxekeza-Nziramasanga) in een doordringende aria verklaard: “The Ofay [de Britten] humiliated us by asking for the stool.” De Britse aanspraak op de troon was niet louter een uiting van kolonialisme, maar was bedoeld als de laatste slag waarmee de Ofay de identiteit van het volk zou kunnen uitwissen. De strijd om de golden stool gaat dus niet om het bewaren van een pronkstuk, maar om het beschermen van het symbool dat de Ashanti verenigde.
Het is daarom dan ook maar gepast dat Ocloo in The Golden Stool een greep doet naar de symbolen van het Westen. Canonische composities door Bizet, Händel, Vivaldi en Verdi worden van alle pracht en praal gestript en herleid tot een reeks onverwachte basiselementen: krachtige klappen, stampen, ademhalingen en kreten vervangen de hooghartige instrumentalisering van de operaklassiekers. Ook de teksten werden aangepast. Niet langer is Habanera de exotiserende voorstelling van Carmen, maar de introductie van de Ofay en wordt er niet langer op Strauss’ An der schonen blauen Donau gewalst, maar wervelend gestreden.
“Ocloo heeft elke centimeter van het podium gevuld met dans en elke kubieke meter lucht met geluid.”
Deze appropriatie van de vijand wordt ook verdergezet in de cast van deze AfrOpera: geen enkel wit of mannelijk lichaam wordt op scene opgevoerd als antagonist. Dezelfde afro-descendente vrouwen die Nana Yaa Asantewaa Women’s Brigade (ofwel NYAWOB) voorstellen, kruipen via het doorbreken van hun synchrone choreografie en hun fallische trommelbuizen in de huiden van de mannen die Asentewaa de rug toekeerden. Ook de Ofay worden vertolkt door een speler met een dubbele rol, namelijk mezzosopraan Nonkululeko Nkwinti, die zich identificeert met Asatentewaa’s verrader.
Opvallend aan The Golden Stool is hoe het een denkoefening lijkt bloot te leggen: hoe kan het verhaal van Asantewaa gebracht worden zonder haar tot een ‘hashtag girlboss’ te reduceren? Het antwoord hierop uit zich in de uitgesproken hedendaagse elementen in het stuk en in de karakterisering van de NYAWOB. De vloeiende, bezwete okergele gewaden van de dansers en hun combatlaarzen gronden hen in het hier en nu. Ook hun choreografieën herinneren aan de ingestudeerde pasjes die popsterren zich eigen maken, geforceerde sex appeal incluis.
De hedendaagsheid van het stuk zit echter niet enkel verwikkeld in haar kostumering, maar ook in de kritiek van het gebrek aan erkenning van Asantewaa in Ghana. Briana Ashley Stuart breekt in de tweede akte los van het koor en spreekt het publiek aan alsof het het Ghanese volk zou zijn. Ze betreurt de erbarmelijke toestand waarin het graf van Asantewaa verkeert, terwijl een afbeelding van het kleine witte hok met traliesramen op de achtergrond geprojecteerd wordt. De onrespectvolle behandeling van haar overblijfselen leidt tot een bredere analyse van de maatschappelijke positie van Ghanese vrouwen vandaag. De ernst van deze reflectie gaat helaas gauw verloren in een afrateling van hits door Ariana Grande, Little Mix, Aretha Franklin en Gloria Gaynor, uitgevoerd door de twerkende NYAWOB.
Deze plotse uiteenspatting effent de weg voor een gesprek tussen de nakomelingen van Asantewaa. Terwijl ze gele veren van de grond plukken, mijmeren de spelers over hun positie in de wereld. Keuvelend in een mengsel van Nederlands, Frans, Engels en Twi proberen ze de dichotomieën van de ‘post’-koloniale toestand te ontwarren: zijn we het christendom ons (semi-)geëmancipeerd leven verschuldigd? Of moeten we het net hekelen voor de manier waarop het ons van ons cultureel erfgoed heeft ontdaan?
Een overtuigend antwoord zijn de NYAWOB niet in staat ons te geven, maar één ding is wel zeker: De stilte die er heersde rond Asantewaa’s verzet is (letterlijk) uit de Bourla gebannen. Ocloo heeft elke centimeter van het podium gevuld met dans en elke kubieke meter lucht met geluid. Zoals Asantewaa/Mngxekeza-Nziramasanga verklaard terwijl ze de zaal in wijst: “They alwas told us silence is golden.” Maar stil zal het niet langer zijn. Alle registers worden opengetrokken in deze enthousiasmerende en charmante voorstelling die aan een uitspraak van Puertoricaanse rapper Residente herinnert: Met Ocloo “[…] eet je, zelfs als je geen honger hebt.”
KRIJG JE GRAAG ONS PAPIEREN MAGAZINE IN JOUW BRIEVENBUS? NEEM DAN EEN ABONNEMENT.
REGELMATIG ONZE NIEUWSTE ARTIKELS IN JOUW INBOX?
SCHRIJF JE IN OP ONZE NIEUWSBRIEF.
JE LEEST ONZE ARTIKELS GRATIS OMDAT WE GELOVEN IN VRIJE, KWALITATIEVE, INCLUSIEVE KUNSTKRITIEK. ALS WE DAT WILLEN BLIJVEN BIEDEN IN DE TOEKOMST, HEBBEN WE OOK JOUW STEUN NODIG! Steun Etcetera.