#168
15.05.2022
—
14.09.2022
Kan kunstkritiek meer zijn dan de mening van een professioneel recensent? In hun maandelijkse column laten theatermaker Freek Vielen (De Nwe Tijd) en curator/schrijver Lara Staal afwisselend hun licht schijnen op een topic dat hen bezighoudt.
Welke voorstelling, performer, scène, speelstijl, tekst, choreografie, artistieke broedplek of rekwisiet behoort volgens jou absoluut thuis in de canon van de 21e eeuw?
Het is niet zo gemakkelijk te zeggen wat er aan de hand is. Doen we nu min of meer hetzelfde als we altijd deden, en passen we ons enkel aan de veranderde omstandigheden aan? Zoeken we tijdelijk beschutting, schuilen terwijl we een probleem oplossen, een obstakel uit de weg ruimen, even onze adem inhouden, en wachten tot alles weer normaal wordt? En betekent “normaal” dan: “zoals vroeger”? Of is er iets voorgoed veranderd? Is er onherstelbare schade? En als we antwoorden vinden op deze vragen, wat kunnen we dan met die inzichten aanvangen? Wijzer worden, weten wat te doen, hoe verder te leven?
Op 19 februari organiseert Etcetera een dag vol workshops: experts leggen ons uit hoe je een kwalitatieve podcast maakt.
De Amsterdamse Khadija El Kharraz Alami studeerde in 2014 af aan de acteursopleiding van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. Voor ‘Nu Ben Ik Medea’ won ze de TAZ-KBC jongtheaterprijs en de TAZ- jongerenjury prijs. Met haar nieuw werk, de reeks ‘Re-claiming Space’ werkt ze toe naar een enscenering van The Waves van Virginia Woolf die in het voorjaar ’22 in première zal gaan.
Milo Rau, artistiek directeur van NTGent, repeteert deze weken ‘La Clemenza di Tito‘, een coproductie van Opera Vlaanderen, Grand Théâtre de Genève en Wiener Festwochen. De opera, de laatste die Mozart componeerde, handelt over een staatsgreep in het oude Rome, waarbij het Capitool in brand werd gestoken. Rau heeft in 2017 zelf een bestorming van de Reichstag in Berlijn geënsceneerd en kijkt naar de gebeurtenissen in Washington.
Sarah Vanhee maakte van haar spraakmakende infiltratie-lezingenreeks Lecture for Every One een boek. De tekst van de performance, foto’s, getuigenissen en essays zijn erin geschikt volgens een cyclische logica.
In 2020 joeg het virus ontelbare plannen van podiumkunstenaars en theaters in de war. De première van ‘Carrying my father’ bijvoorbeeld, een circusvoorstelling van there there company, werd maar liefst twee keer geannuleerd, in de eerste én de tweede lockdown.
In de aanloop naar het nieuwe Kunstendecreet wil de Vlaamse regering een nieuwe pilaar creëren in het kunstenveld: de zogenoemde Kerninstellingen. Maar hoe die zich onderscheiden van de al bestaande Kunstinstellingen, krijgt de regering-Jambon niet uitgelegd. Yasmina Boudia vraagt zich af wat de meerwaarde is van een nieuwe splijtzwam in een sowieso al darwinistische sector.
Ruimte geven is macht verdelen, zo klinkt het adagium van Jozef Wouters. Met Something when it doesn’t rain maakte zijn Decoratelier deze zomer de natte droom van de kunstensector waar: de creatie van een radicaal inclusieve publieke ruimte zonder vaste agenda die diverse artistieke gemeenschappen en buurtbewoners zich konden toe-eigenen. Een inspirerend model voor de toekomst?
Wat hadden ze het koud in maart, bij het Nederlandse gezelschap De Warme Winkel. Oprechte hulde aan de vijftig enthousiaste kijkers die hun kaartje kwamen inruilen voor een Ervaring. Toch ontbrak er iets: een man of vijfhonderd! Anders dan in België lijden heel wat Nederlandse theaters ook zonder corona onder een magere opkomst, schrijft Warme Winkelier Ward Weemhoff – en stelt hij de vraag: kan deze crisis ons helpen om later die vijfhonderd lege stoelen toch te vullen?
Het is een zwaar jaar geweest. Eind 2019 kwam de eerste klap: nóg minder middelen voor de cultuursector. Wat later volgde een tweede zware dobber: de sluiting van het culturele leven door toedoen van Covid-19. Theaters, gezelschappen en collectieven zagen zich gedwongen tot een veelheid aan onlinestrategieën om toch een publiek te vinden. Het collectief Zuidpark getuigt over zijn ervaringen met zo’n ‘digitale dramaturgie’, en over de effecten ervan op zijn werking én werk.
In een interview met de Italiaanse krant La Repubblica pleit Milo Rau voor het ‘stoppen met de karaoke van klassiekers zoals Shakespeare, Tsjechov, Camus’. De NTGent-directeur spreekt waarschijnlijk niet zozeer vanuit zijn ervaring met het Vlaamse theater, maar eerder vanuit zijn kennis van het Duitse veld. Van een karaoke van klassiekers is in Vlaanderen immers nauwelijks sprake. Joachim Robbrecht, die pleit voor een opheffing van de (ideologische) tegenstelling tussen oud en nieuw, ziet meer heil in een kritische verzoening van repertoire en vernieuwingsdrang.
Covid-19 deed zowel podiumkunstenaars als theaterhuizen verwoed naar alternatieve presentatievormen zoeken. Over de ervaringsarmoede van schermtheater is al veel gezegd en geschreven. Daarnaast vonden voorstellingen die oorspronkelijk waren gemaakt voor de zaal plaats onder de blote hemel. Circograaf en choreograaf Alexander Vantournhout ziet verschillende redenen om na de pandemie intenser in te zetten op podiumkunst extra muros.
Op de vraag van Etcetera wat het betekent om een ensemble te zijn, kan volgens Camping Sunset geen collectief statement volgen, alleen maar een resem veelstemmige en potentieel tegenstrijdige uitspraken. Een niet nader geïdentificeerd lid van Camping Sunset doet toch een poging.
Met Frie Leysen is een van de opmerkelijkste persoonlijkheden in het Belgische theaterlandschap van de laatste decennia overleden. Ze was zeker een van de laatsten der Mohikanen van een generatie die zich sinds de jaren 1960 op een specifieke manier tot ‘cultuur’ verhield. Pieter T’Jonck schetst een indringend portret van de legendarische curator en theaterdirecteur.
‘Het is geen geheim dat er te veel studenten afstuderen in podiumkunstopleidingen. Dat er tout court te veel opleidingen zijn. En dat er te weinig manieren zijn om waardig uit te stromen.’ Deze stelling legde de Etcetera-redactie voor aan cultuur- en mediaonderzoeker Delphine Hesters. Dit opiniestuk is haar poging om die – blijkbaar – nieuwe common sense weer van tafel te krijgen.
Wit, mannelijk en hiërarchisch. Dat was tot voor kort de norm op het vlak van leiderschap binnen het kunstenveld. De roep om verandering klinkt echter almaar luider en steeds meer organisaties kiezen voor een andere aanpak. Etcetera neemt poolshoogte bij Vooruit, Beursschouwburg, Coup des arts, LinC Lage Landen en Klein Verzet. ‘Een goede leidinggevende is een gids die weet dat er geen pasklare antwoorden zijn.’
Sofie Decleir is actrice en theatermaakster. Van 2005 tot 2016 was ze lid van de artistieke kern van Zuidpool. Ze speelt mee in televisieseries als De Dag, De Twaalf, en binnenkort ook Red Light.
Lázaro Gabino Rodríguez, one of the driving forces behind the Mexican artists’ collective Lagartijas tiradas al Sol, writes an open letter in which he addresses the French choreographer Jérôme Bel’s call to reconfigure the world of the performing arts.
What performance, performer, scene, acting style, text, choreography, artistic incubator or prop do you think absolutely belongs in the canon of the 21st century?
Part of a generation of choreographers who rose to prominence in the mid-1990s, the French choreographer Jérôme Bel explores the relationship between choreography and popular culture, dancer and spectator, as well as our understanding of art and contemporary dance.
Het lijkt zo’n voorstelling die uitentreuren zijn eigen relevantie in vraag stelt. Je weet wel: zo eentje waarin een kunstenaar (Jakkes! Vies woord!) deemoedig betoogt dat hij te veel ruimte inneemt en dat zorgverleners nuttiger werk verrichten; een inzicht dat hem er overigens zelden toe brengt om stante pede het podium te verlaten richting dichtsbijzijnde interimkantoor. Maar die eerste indruk is buiten De Nieuwe Laura gerekend. Theatermaker Laura van Dolron liet zich nooit, en laat zich ook nu niet voor één gat vangen.
Het is de laatste jaren steeds moeilijker geworden om onbevangen te kijken naar het werk van Milo Rau. Niet alleen omdat de gecumuleerde kijkervaring in de weg zit – en er zich daarin onmiskenbaar patronen en tactieken uitkristalliseren, zoals bij elke kunstenaar die werkt aan een coherent oeuvre – maar vooral omdat er in toenemende mate kritiek is op zijn manier van werken.
WhatchApp #1 en #2: Emmi en Leo is de tweedelige WhatsApp-voorstelling van SKaGeN en De Studio die de toevallige, online ontmoeting tussen Emmi en Leo beschrijft. Als toeschouwer kom je telkens een aantal weken terecht in een virtuele wereld die zich grotendeels op het kleine scherm van je smartphone afspeelt, en dat op elk mogelijk moment van de dag én de nacht. Het tweeluik doet – met wisselend succes – nadenken over de rol van technologie in sociale interacties en theater. Al ga je er wellicht door terugverlangen naar de dictatuur van de theaterzaal.